SV | Deze allen waren kinderen van Heman, den ziener des konings, in de woorden Gods, om den hoorn te verheffen; want God had Heman veertien zonen gegeven, en drie dochters. |
WLC | כָּל־אֵ֨לֶּה בָנִ֜ים לְהֵימָ֗ן חֹזֵ֥ה הַמֶּ֛לֶךְ בְּדִבְרֵ֥י הָאֱלֹהִ֖ים לְהָרִ֣ים קָ֑רֶן וַיִּתֵּ֨ן הָאֱלֹהִ֜ים לְהֵימָ֗ן בָּנִ֛ים אַרְבָּעָ֥ה עָשָׂ֖ר וּבָנֹ֥ות שָׁלֹֽושׁ׃ |
Trans. | kāl-’ēlleh ḇānîm ləhêmān ḥōzēh hammeleḵə bəḏiḇərê hā’ĕlōhîm ləhārîm qāren wayyitēn hā’ĕlōhîm ləhêmān bānîm ’arəbā‘â ‘āśār ûḇānwōṯ šālwōš: |
Deze allen waren kinderen van Heman, den ziener des konings, in de woorden Gods, om den hoorn te verheffen; want God had Heman veertien zonen gegeven, en drie dochters.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Deze allen waren kinderen van Heman, den ziener des konings, in de woorden Gods, om den hoorn te verheffen; want God had Heman veertien zonen gegeven, en drie dochters.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!